De wandelschoenen worden aangetrokken

Taiwan blijkt na de Japanse steden een welkome verandering te zijn met haar bergachtige landschap en natuur.  Na een nachtje in Taipei vertrekken we naar het oosten van Taiwan. In de Taroko Gorge wandelen en fietsen we door een diep uitgesleten canyon. Voor Lise hebben ze een fietsstoeltje voorop de fiets.  Het past allemaal net en zo laten we ons boven op de berg afzetten. In sneltreinvaart fietsen we omlaag door tunnels en langs torenhoge rotswanden.  's Avonds genieten we van de enorme gastvrijheid van onze hotel eigenaar. Hij neemt ons mee naar de lokale restaurants en avondmarkten, waar we de lokale specialiteiten uitproberen.  En ik moet toegeven,  het eten is hier erg lekker. Lise gaat vooral voor de aardbeien met suiker ( en kinderspelletjes) en wij smullen van de op grote bakplaten gegrilde gerechten.

Na twee dagen vervolgen we onze reis per huurauto naar het zuiden van Taiwan. Het weer is stormachtig en hoge golven slaan op de kust. Gelukkig is het droog en de temperatuur een graad of 20. En dus gaan we gewoon met korte broek aan op pad.  In het Kenting nationaal park wandelen we langs hoge rotsen en door grotten die vroeger een groot koraalrif vormden. Hier zien we apen, een heuse schorpioen, talloze prachtige vlinders in alle maten en kleuren en helaas ook veel tourbussen vol Chinese toeristen en schoolreisjes. Als je op het verkeerde moment ergens aankomt kun je over de hoofden lopen. Gelukkig voor ons hebben de Chinese toeristen hun wandelschoenen thuis gelaten,  dus na een meter of honderd hebben we de paden weer helemaal voor onszelf. De middagen eindigen op het strand, even lekker de schoenen uit en met je blote voeten in het water.

Morgen rijden we weer langzaam terug naar het noorden.  Maar daarover later meer....